Basisscholen zijn verplicht om te werken met een leerlingvolgsysteem, een systeem dat de leerkracht laat zien hoe een leerling, of een groep leerlingen, zich ontwikkelt. Heeft een kind de lesstof goed opgepakt? Is hij of zij gegroeid? En welke lesstof moet de leerkracht de komende periode (extra) aanbieden?
Wij hebben gekozen voor het IEP Leerlingvolgsysteem. Dit systeem legt de focus op groei, niet op prestatie. En belangrijk: het vergelijkt een kind niet met zijn of haar klasgenootjes. Het gaat om de individuele ontwikkeling van een kind.
Alle toets- en meetinstrumenten van IEP sluiten aan bij de wereld van het kind. Zo motiveren we leerlingen om lekker aan de slag te gaan en, zonder druk, te laten zien wat ze al beheersen.
Dit doen wij met toetsen in groep 3 t/m 8. Wij geloven dat een kind meer is dan taal en rekenen. Daarom kijken we met de toetsen van het IEP Leerlingvolgsysteem ook naar sociaal-emotionele ontwikkeling, leeraanpak en creatief vermogen: hoofd, hart en handen.
In groep 1 en 2 maken de kinderen geen toetsen. Daar observeren de leerkrachten de kinderen op de ontwikkeling van taal, rekenen, de sociaal-emotionele ontwikkeling, leren leren en motoriek. Ook hier kijken we dus naar hoofd, hart en handen.
Meer informatie over het IEP Leerlingvolgsysteem vindt u hier.